Heb jij lifting straps nodig? Alleen als je grotere spieren wil
De fitnesswereld is steevast verdeeld over lifting straps. Is het een teken van intelligentie, of van zwakte? Oordeel vooral zelf of jij ze nodig hebt.

Lifting straps zijn handig gevormde bandjes die je om je pols, door je hand en om het gewicht heen wikkelt. Daardoor verlicht je de last op je handen en onderarmen wanneer je zwaar gewicht wil tillen. En dát is natuurlijk voer discussie in fitnessland.
De één roept: ‘Als je het niet zonder straps kan tillen, is het te zwaar!’; de ander gebruikt zijn straps zelfs om de deur van de gym open te trekken. De waarheid ligt – zoals gewoonlijk – wat meer in het midden.
Straps voor powerlifters: tegen de regels
In welke mate je straps gebruikt, ligt vooral aan je doelen. Je kunt er geen fan van zijn. Ze helemaal afzweren lijkt dan ook weer niet de beste optie. Maar, waar komt de afkeer vandaan?
Die lijkt vooral uit de powerlift-hoek te komen. Niet gek ook, in powerliftcompetities zijn straps bij de deadlift niet toegestaan. Het gaat hier om rauwe kracht: ‘Als je het niet kan tillen zonder strap, is het te zwaar’.
En daar natuurlijk wat in. Je wordt goed in wat je traint. Word jouw grip dus zelden op de proef gesteld, dan zal het nooit indrukwekkend worden. Bij een imposant krachtniveau hoort ook een goede dosis gripkracht.
Aan de andere kant: misschien is ‘rauwe kracht’ helemaal niet jouw doel. Misschien train jij puur voor spiergroei. Daarin is kracht belangrijk, maar jouw rugspieren – waar de straps het meest ingezet worden – hebben lak aan de gripkracht van je vingers.
Lifting straps voor spiergroei
Wil je grotere spieren, dan wil je zo veel mogelijk spanning op de betreffende spier. Daarbij wil je die spier sterker maken via progressive overload en de spier tot dichtbij falen trainen.
Maar wat als jouw vingers het eerder begeven dan je rugspieren? Plausibel als je behoorlijk sterk bent geworden. Het gewicht glipt uit je handen, nog voordat jouw rug de laatste, zware herhalingen kan doen.
Nu moet je dus je set te vroeg stopzetten, waardoor de grootste, groeigrage spiervezels nooit aan werken toe zijn gekomen. Kortom: je grip was de limietfactor van de oefening, in plaats van de spier die jij tot spierfalen wilde trainen.
Daar komt nog bij dat spierfalen vooral wordt bepaald door je rate of perceived exertion. Dat betekent: hoe zwaarder jouw brein een taak vindt, des te eerder het ‘te zwaar’ wordt. Alles wat afleidt van de taak, bijvoorbeeld het harde knijpen en brandende onderarmen, maakt dat jouw brein de taak eerder afkapt. Daardoor haal je ook niet alles uit de oefening voor de spier die je voor ogen had.
Gebruik lifting straps tactisch
Wil je powerliftcompetities doen, train dan vooral je deadlifts zonder straps. Anderzijds doen powerlifters ook ‘accessoire-oefeningen’ (lees: spiergroei), om specifieke spieren sterker te maken.
Met hun indrukwekkende gripkracht zullen ze minder snel straps nodig hebben. Als die echter helpen om bij deze oefeningen meer gewicht te tillen en de doelspier beter te trainen, stap dan af van de emotionele afkeer naar lifting straps. Gebruik ze tactisch.
Aan de overkant van het spectrum: ook al train je voor spiergroei, sta je lijf toe om enige rauwe kracht op te bouwen. Train zo lang mogelijk zonder. Wanneer je grip te vaak een limietfactor wordt, helpen de straps jouw spieren groeien.
Word er alleen niet té afhankelijk van. Doe bijvoorbeeld je zware warm-upsets zonder straps. Hier train je toch niet tot falen. Wil je toch een betere grip ontwikkelen, dan kun je het ook direct trainen in plaats van jouw spiergroei-oefeningen eronder te laten lijden.
Meer van Men's Health? Volg ons ook op Facebook, Instagram en TikTok.