Waarom je vaker 'nee' mag antwoorden op de vraag 'Alles goed?'

'Wanneer is echt álles goed? Waarschijnlijk niet vaak.'

© Getty Images - BraunS

gettyimages-475447076.jpg

‘Hey, alles goed?’ vraagt een goede vriend. Het antwoord schiet eruit als een reflex: ‘ja, met jou?’. Zonder na te denken vertelde ik zojuist dat het uitstekend met me gaat, alles is goed. Pas daarna realiseer ik me dat het helemaal niet zo lekker gaat. Ben ik de enige die zich soms druk maakt? Geen idee, want mijn maat antwoordt hetzelfde: ‘Ja, met mij ook’.

Het probleem met 'Alles goed?'

Sinds wanneer is de vraag ‘Alles goed?’ de kern van conversatie? We groeten elkaar nauwelijks zonder die vraag eraan toe te voegen. Mag het antwoord ook ‘nee’ zijn? Uiteindelijk zit niemand daar echt op te wachten. Het staat ook raar. ‘Nee, met jou?’. Het zou de sfeer direct in een donker hoekje gooien, en een gesprek over gevoelens opleveren. Daar doen mannen niet aan. Wees eens een vent.

Zo voeren we zoveel 'gesprekken', elke dag. Maar tegelijkertijd voelen we ons ongehoord. De vraag ‘Alles goed’ heeft onze gemoedstoestand – en onze gesprekken – geautomatiseerd. We houden anderen, en onszelf, het beeld voor dat alles goed is. Of erger, dat het goed moet zijn. Bovengenoemde vriend leeft sinds kort met de gedachte dat zijn vader waarschijnlijk niet oud zal worden. Uiteraard viel dit nieuws hem zwaar, hij had het moeilijk.

Toch vertelt hij me een dag later steevast dat alles goed met hem gaat. Ik weet dat het niet zo is, maar accepteer zonder weerwoord wat hij zegt. Het moet zo zijn. Het antwoord op 'Alles goed?' is al die jaren 'ja' geweest. Ook een tijdelijk tragische toestand verandert dat antwoord niet. Het verandert slechts de geloofwaardigheid ervan.

En als je weet dat iemand het zwaar heeft, wens je hem sterkte. Hij moet sterk zijn. Misschien begint het daar, en moeten we de gedachte verwerpen dat alles altijd goed moet zijn. Je kut voelen is niet zwak, het is soeverein - een vorm van zelfbestuur. Ik koos er daarom voor om mijn vriend geen sterkte te wensen.

Laat los wat je denkt dat zo hoort, toon je kwetsbaar als je je zo voelt. Alleen zo zijn we in staat om elkaar verder te helpen. En nee, niet elk contact moet een psychologische sessie zijn. We hoeven niet alleen naar elkaar te vragen als de ander op een saaie sofa naar het plafond ligt te staren. Deze oproep gaat net zo goed uit naar de ontvanger van de vraag ‘Alles goed?’. ‘Nee, eigenlijk niet’, laten we zo een gesprek voeren. In plaats van het idee voeden dat ‘alles goed’ een standaard is. Want wanneer is echt álles goed? Waarschijnlijk niet vaak.

Volg je Men's Health al op Facebook en Instagram?