Zo bereidt surfkampioen Kaspar Hamminga zich voor op het NK surfen

Het trainingsschema van een pro-surfer.

Nederlands surfkampioen Kaspar Hamminga (27) is één van de weinigen die zijn sport nog ongestoord kan beoefenen in coronatijd. En dat is maar goed ook: in het najaar staat de Mitsubishi Motors NK Surftour op de planning, die hij al vier keer eerder won. Men's Health sprak hem op het strand van Scheveningen, over golven, trommelvliezen en surftrucs.

Voor iemand die zo dicht bij het strand woont, duurde het even voordat hij z'n passie – surfen – had gevonden. 'Hoewel ’s-Gravenzande aan het strand ligt en veel surfers kent, is het echt een voetballers-dorp. Toen ik een jaar of zeven was, werden veel klasgenootjes en vriendjes lid van de plaatselijke vereniging. Ik ook. Drie jaar later was ik het alweer zat. Volleybal en judo volgden, maar konden me ook niet lang boeien. Pas op mijn dertiende stond ik voor het eerst op een surfboard,' aldus Hamminga.

Het gevoel van surfen

Hoe ging de eerste keer? 'Een vriend van me surfte al en vroeg of ik zin had om een keer met hem mee te gaan. Hij had nog een oud wetsuit en bodyboard dat ik kon lenen. Op een dag, ergens in augustus, waren de golven goed, dus de tijd was rijp. Ik had gelijk een ander gevoel dan bij alle andere sporten die ik tot dan toe had geprobeerd. Dit ga ik een serieuze kans geven, dacht ik. Een paar weken later was ik jarig. Ik vroeg een eigen pak en board. Zo lag ik al vrij snel voor de tweede keer in het water. Langzamerhand begon ik te merken dat ik er aanleg voor had.'

Waar merkte je dat aan? 'Naarmate ik vaker op het strand kwam, leerde ik meer en meer jongens kennen die ook surften. Of er nu golven stonden of niet: ik lag hele dagen in het water. Op sommige dagen trok ik om 8.00 uur m’n wetsuit aan en ging die ’s avonds laat pas weer uit. Hoewel die andere jongens ook ver zijn gekomen, was ik altijd net iets serieuzer en gedisciplineerder om alles eruit te halen. Dat heeft er aan bijgedragen dat ik de Nederlandse top heb bereikt.'

Surfen is een kunst

Wat maakt golfsurfen leuker dan andere watersporten? 'Bij zeilen of zwemmen draait het vooral om afstanden, golfsurfen zie ik als een vorm van kunst. Hoe pak je een golf? Wáár pak je ’m? Welke trucs doe je? En wanneer? Wat me verder aan de sport aanspreekt, is dat het exclusief is. Een voetbal is er altijd, daar kun je tegenaan trappen wanneer je wilt. Golven zijn, zeker in Nederland, geen gegeven. En als ze er zijn, moet je moeite doen om ze goed te pakken. Als het lukt, geeft dat een enorme kick: de kracht van de natuur, van die golf, die je vooruit duwt.'

Surfen staat te boek als een extreme sport, wat zijn je pijnlijkste klappers? 'Ik ben twee keer hard op mijn oor gevallen. Vooral die eerste keer was heftig. Ik maakte een inschattingsfout op een redelijk hoge, steile golf, waardoor ik vanaf twee meter hoogte plat op het water terechtkwam. Mijn trommelvlies scheurde en ik kreeg last van mijn evenwichtsorgaan. Mijn horizon stond ineens scheef – ik wist niet wat onder of boven was. Best gevaarlijk. Uit instinct klampte ik me vast aan mijn surfboard, omdat die altijd recht op het water blijft drijven. Het was binnen een halve minuut voorbij. Bang ben ik niet geweest, maar schrikken was het wel.'

Voorbereiding op het NK surfen

Op dit moment moet Kaspar hard aan de bak voor de Mitsubishi Motors NK Surftour, die dit najaar wordt gehouden. Hoe ziet het trainingsschema van een pro-surfer eruit? 'Ik doe drie krachttrainingen per week. Meestal op maandag, woensdag en zaterdag, zodat er steeds 48 uur tussen zit. Ik focus op zowel spieropbouw als conditie, afhankelijk van welke fase van mijn wedstrijdvoorbereiding het is. In het water is vooral explosieve kracht belangrijk. Als ik op mijn board sta, is het vaak van relatief korte duur. In de tijd die ik heb, zeg tien seconden, moet ik snel schakelen en veel verschillende bewegingen maken.'

Hamminga gaat verder: 'Ik verg het meest van de spieren in mijn benen, rug, schouders en borst, dus daar besteed ik extra aandacht aan. Mijn core is belangrijk als ik een snelle draai wil maken in het water. Om die sterker te maken, doe ik zijwaartse slamballs tegen een muur. Surfen doe ik zo vaak als de omstandigheden het toelaten, gewoonlijk drie tot vier keer per week. Het komt voor dat er een week geen goede golven zijn, dat vang ik op met cardio in de vorm van hardlopen, fietsen of roeien.'

Het Nederlands Kampioenschap surfen

De tour bestaat uit drie wedstrijden op verschillende locaties. Welke is je favoriet: Scheveningen, Texel of het Franse Vieux Boucau? 'Die laatste. In Frankrijk zijn gegarandeerd goede golven. En de finale vindt er plaats, dus de sfeer is anders. Al is die er sowieso goed. Vieux Boucau is een typisch surfersdorpje – rustig en ontspannen.'

Wat gaan we in de toekomst nog van jou horen? 'Voor nu richt ik mijn volledige aandacht op de surftour. Een vijfde keer Nederlands kampioen worden, dat is een mooi streven voor de korte termijn. En daarna? Wie weet. Surfers kunnen langer mee dan bijvoorbeeld voetballers. Kelly Slater – de GOAT als het om surfen gaat – draait op zijn 48ste nog steeds mee op topniveau, dus ik hoef voorlopig niet met pensioen.'

Volg je Men's Health al op Facebook en Instagram?