Van onzekere sporter naar topfitte personal trainer: 'Ik wil later de fitste opa in de buurt worden'

Dat noemen we nog eens een sterk staaltje motivatie.

De comfortzone ligt op de loer. Zelfs als je dat stemmetje in je hoofd eindelijk hebt overgehaald dat de weg die jij ingeslagen bent de juiste is, dan moet je de opmerkingen uit je omgeving de baas zijn. De 27-jarige fitnessfanaat Edward Gabeler ondervond eenzelfde weerstand, maar hij houdt nog altijd voet bij stuk. ‘Ik wil later de fitste opa in de buurt worden, die nog steeds naar de gym gaat. Degene die het altijd volgehouden heeft’, vertelt hij resoluut.

Te snel afgevallen

Al vroeg ontwikkelt Edward bewustzijn over zijn lichaam. Waar een kind van net tien jaar gewetenloos hoort te genieten, merkt hij verschil tussen hem en zijn vriendjes. ‘Zij hadden allemaal al een sixpack. Ik had altijd iets meer een vetlaagje.’ Verzoekjes aan zijn moeder volgden. ‘Ik vroeg of ze light frisdrank en sauzen wilde halen. Sporten deed ik al veel – voetbal en volleybal. Toen ben ik een hoop afgevallen.’ Uiteindelijk trekt zijn moeder aan de bel en neemt Edward mee naar de huisarts. ‘Ik weet niet of dat nodig was. Ik had een gezond gewicht, maar voor mijn moeder leek het ongezond omdat ik zo veel was afgevallen.’

Niet veel later stoft hij een stel van zijn opa’s oude dumbbells af. Edward krijgt gevoel voor fitness en stapt op zijn zestiende voor het eerst de sportschool binnen. ‘Ik wist dat het voor de lange termijn was. Ik moest geduld hebben. Toen ik wat resultaat begon te zien, dacht ik: ja, dit is supervet.’ De jongeling raakt verknocht aan vooruitgang, al weet hij niet echt wat hij doet. ‘Chestday, backday, legday; de standaard dingen deed ik. Tijdens mijn opleiding sportkunde kreeg ik er ook wat van bij, maar ik snapte er niks van en het interesseerde me niet. Desondanks gaat hij gemotiveerd door, totdat de eerste mentale test opdoemt en Edward zijn pols breekt. Hij is dan 22 jaar.

Vastberaden om sterker terug te komen, stelt Edward zichzelf een doel. Hij zal droogtrainen voor een professionele fotoshoot (geschoten door Twan Sipma). Hij begint het fitnessen serieuzer te nemen. ‘Ik dacht: ik sport veel, maar zie nog niet zo veel resultaat. Toen ben ik alles op gaan zoeken, heb heel veel Youtube-video’s gekeken en veel geleerd.’ Door zijn training en voeding te finetunen is hij drie jaar na zijn polsbreuk klaar voor de camera. Een mijlpaal, al is de grootste winst niet door een lens te vangen: ‘Als kind was ik heel erg verlegen en nogal onzeker, nu stond daar een zelfverzekerde man te poseren.’

Tegen de stroom in

De shoot is de bevestiging van zijn doorzettingsvermogen en discipline, gedecideerd blikt Edward vooruit. Nu hij dit doel heeft afgestreept, kan hij de wereld aan. Maar, gek genoeg stuit hij op weerstand van zijn omgeving. ‘Het klaarmaken voor de fotoshoot was in corona-tijd. Geen feestjes, etentjes of uitgaan. Mensen vertelden mij dat ik zo’n levensstijl niet meer kon volhouden zodra dat allemaal terugkwam.’ Er ontvlamt een vonk in zijn blauwe ogen. De pandemie was een periode waarin het land in de ban was van stijgende depressiecijfers en coronakilo’s, en Edward zou juist dé fitness-missie voltooid hebben op easy mode? Genoeg reden voor hem om een kleine twee jaar later opnieuw voor de camera te staan, waarvan nu de foto’s te zien zijn. Weer topfit, dwars door alle verleidingen heen. ‘Ik wilde laten zien dat ik het wel kan.’

Want een camera vangt slechts momentopnames. Niet de verborgen offers. Alhoewel verleidingen als eten en feesten pandemisch gepareerd werden, moest Edward andere verleiding weerstaan om zijn doel voor ogen te houden. ‘Voor de shoot was ik aan het daten. Ik woog al mijn eten af en was in volle focus. Dan was de vraag: ‘zullen we wat leuks doen, met wat lekkers erbij?’ Maar dat kon niet. Dat leg je dan wel uit… Het is uiteindelijk niets geworden. Ik snap goed dat iemand denkt dat je een beetje gek bent.’ Hij erkent dat een fitnessfreak in voorbereiding ook geen fijne valentijn is. ‘Ik had weinig energie. Ook nauwelijks zin in seks, dus ik wilde gewoon slapen. Het is de negatieve kant van een calorietekort die niet vaak wordt benoemd.’

Over zijn mate van discipline hoort hij wel eens de woorden ‘obsessief’ en zelfs ‘ongezond’. ‘Maar wat is obsessief? Is dat discipline hebben en nauwkeurig met je voeding omgaan? De helft van Nederland heeft overgewicht en een ongezonde leefstijl. Ik ga in het weekend gewoon uit, en daar let ik echt niet op wat ik eet of drink.’ Daarbij betaalt de investering in zijn eigen gezondheid zich tijdloos uit. ‘Ik ben na een tijdje zelf als personal trainer begonnen. Eigenlijk zonder de theoretische kennis, dat heb ik allemaal in de praktijk geleerd. Nu ben ik sportschoolmanager en help ik mensen hun levensstijl aan te passen.’ Tot slot, in de rol van de fitte opa die hij later zal zijn, sluit Edward af met advies voor de generaties na hem: ‘Heb geduld. Denk aan de lange termijn. Fitness is ondankbaar, maar loont na hard werken. En praat mensen die er verstand van hebben.’