Dé les uit Special Forces VIPS die je hebt gemist (zonder spoilers!)
Soms staat de wijsgeer dichter bij onszelf dan we weten.
© Hearst Owned - Videoland

Inspiratie, een tikje leedvermaak en af en toe nog een wijze levensles. Dat zijn waarschijnlijk de redenen dat je Special Forces VIPs volgt. Waar kandidaten tijdens slopende fysieke en mentale uitdagingen nog even gestructureerd moeten blijven als jij met je trainings- en voedingsschema. Daarbij luister je goed naar de commando’s, want zij hebben de kennis in pacht om een ijzersterke mentaliteit te kweken. Maar dan mis je misschien een belangrijke levensles.
Die les leer je juist van de BN’ers. Ook al staat het programma bekend om de strenge commando’s die met stalen gezichten brute bevelen bulderen, zelfs als kandidaten bijna flauwvallen van vermoeidheid. En ja, zij zijn hard. Maar niet de hardste personen van het programma. Wat namelijk opvalt, is dat de kandidaten vaak nog veel harder voor zichzelf zijn. Zij spreken over falen, zichzelf teleurstellen en verwachtingen. Zelfs als Erik Wegewijs geen emotie toont, geeft hij aan dat je niet faalt, maar leert. Zolang je maar durft, mag er een hoop fout gaan.
Zo kunnen de Forces in opleiding zelfs nog wat leren van de commando's op gebied van zachtheid. En misschien geldt dit ook wel voor jou. In een maatschappij die steeds meer van ons vraagt, zijn we geneigd mee te gaan. Zonde, want het leven - ook in de gym - gaat gepaard met tegenslagen, durven en falen. Dus, hier wat tips om de last op je schouders (ook als je niet aan het squatten bent) af en toe te verlichten.
Je wint of je leert
Het is cliché, en zou eigenlijk geen les meer moeten zijn. Maar hoeveel mensen zijn er dagelijks nog steeds bang om de fout in te gaan? In persoonlijk contact, werk of de sportschool. Te vaak wordt de comfortzone verkozen boven het risico op fouten maken. Toch beloven succesvolle ondernemers en ook wetenschappelijk onderzoek één ding: van fouten leer je. En je wordt dus pas echt goed, als je ook fouten durft te maken.
En om ermee om te gaan, adviseert het gerenommeerde Harvard Business Review ‘emotionele lenigheid’. Niet bang zijn voor fouten heeft niks te maken met geen angst kennen. Het gaat juist om angst érkennen. Laat de angst er zijn, ga na hoe het jou laat voelen. Vervolgens spiegel je jouw angst aan de realiteit en jouw persoonlijke waarden. Hoe erg is het dan nog om een fout te maken, als je staat voor een lastige keuze? Een tactiek die lijkt op het volgende punt.
Relativeren kun je leren
Volgens Erik Wegewijs is ‘relativeren’ een belangrijke eigenschap van een commando. En dat werkt ook bij het maken van fouten. In extreme zin kun je jezelf vragen: vergaat de wereld door mijn fout? En wat vergaat er allemaal wel? Waarschijnlijk heel weinig. We maken onze fouten vaak groter dan ze zijn, omdat het voor onszelf heel veel betekent.
Echter – niet lullig bedoeld – geeft de rest van de wereld er waarschijnlijk weinig om. En dat is goed, dat betekent dat jij in alle rust een fout mag maken, en hiervan kan leren. Sterker nog, anderen kunnen ervan leren. Als we eens wat vaker durfden te zeggen: ‘Hé, ik heb zojuist een fout gemaakt!’
Neem verantwoordelijkheid
Dat brengt ons bij tip drie. Maak je fouten eigen. Geef ze toe, vertel het een ander, analyseer ze. Alleen zo help je jezelf en anderen verder. Want, stel je weet je fout te verbergen. Dan vraagt een ander zich af waarom jouw opdracht twee keer langer moest duren dan verwacht. En, omdat je je fout verborgen hield, moet je ook jouw oplossing verzwijgen. Dus geen applaus voor jou.
Daarentegen denk je ook niet dat anderen jouw fout applaudisseren. Nou, daar denkt Amy C. Edmondson anders over. Deze managementfilosoof en auteur van het boek Right Kind of Wrong zegt juist: “Je was voorbereid, dacht dat je zou helpen, maar had het mis. Hier zou je juist applaus voor moeten krijgen.” Al nuanceert ze hier op belangrijke wijze.
Faal op de goede manier
Edmondson maakt namelijk onderscheid in soorten fouten. Deze laatste tip helpt jou, maar is ook belangrijk om een omgeving te creëren waar ‘goede fouten’ worden gemaakt. ‘Basaal falen wil je voorkomen, die vaak gebeuren bij routinetaken’, benadrukt de expert. ‘Door de juiste coaching en instructies moeten mensen bekend zijn met de juiste weg om iets te doen. Gaat het alsnog fout, dan is dit niet productief en leerzaam.’ Desondanks zijn ook deze fouten niet onvermijdelijk. Tegelijkertijd zijn ze vaak verre van catastrofaal.
Vervolgens bespreekt ze complexe fouten. ‘Daar komen verschillende factoren op een nieuwe manier samen om de perfecte storm te creëren.’ Dat het fout gaat, is haast onvermijdelijk. ‘Het gebeurt veel in ziekenhuizen, waar ik veel onderzoek deed. Maar, met psychologische veiligheid kunnen we opvangen, corrigeren en voorkomen’, zo beschrijft ze het leerproces. Tot slot heb je intelligente fouten. ‘Daar moeten we ons goed over voelen. Ze zijn nog steeds ongewenst, maar omdat je nieuw territorium bewandelt, zijn ze praktisch onvermijdelijk.’
Streef naar excellentie
We streven allemaal naar het beste, maar soms kan dit alleen maar bereikt worden door trial and error. Edmondson vat nog even samen hoe excellentie eruitziet. ‘Doe je best om basaal falen te voorkomen, anticipeer op complexe fouten en applaudisseer intelligent falen.’ En nog een tip van ons: houd altijd de intentie in acht. Bedoel je het goed, maar ga je de fout in? Hoe erg kan het dan zijn? Of het nu in de gym, in je relatie, of op je werk is. Maak (intelligente) fouten. Of zoals Special Forces VIPS het zegt: ‘Wie durft, wint.’