Zes jaar later: haalt amputatiesprinter Noah de Paralympische Spelen?

Ambitieus stelde Noah enkele doelen tegenover MH. Is hij geslaagd?

Veerkracht is helemaal in de mode. In 2018 belichaamde Noah Mbuyamba al eens de definitie van dit woord in MH-magazine. Een jaar eerder verloor hij door een scooterongeluk op Java zijn rechterbeen. Hij trok zichzelf uit zak en as, werd blade runner en stelde nieuwe doelen: ‘Mijn doel is het Nederlands Record op de 100 meter sprint, maar ook de EK, WK en Paralympische Spelen.’ We spreken hem zes jaar na die uitspraken. Hoe is het Noah vergaan?

Het lastige aan records, is dat ze niet statisch zijn. Zo lukte het de sprinter om zijn doeltijd van 14,4 seconden te verbeteren. “Maar voor die tijd was het record nog eens aangescherpt door iemand anders. Hij is duidelijk nog even buiten mijn bereik.” Daarnaast merkte Noah dat zijn sprinttijd een tijdje geen significante vooruitgang boekte. Opnieuw kwam zijn veerkracht aan bod. Hij staarde zich niet blind op de drempel. Hij sprong eroverheen, vrij letterlijk zelfs. “Zo’n twee jaar geleden ben ik me gaan focussen op ver springen. Dat gaat me nu goed af.”

Carrièreswitch

Mentaal was het niet altijd makkelijk. “Vooral als mensen vragen hoe het gaat met rennen. Daar kennen ze me van. Dan voelt het alsof ik dat nu heb opgegeven, omdat ik niet goed genoeg was.” De atleet erkent dat met lichte pijn in zijn stem dat daar ook waarheid in zit, maar is niet van plan op te geven. “Nóg niet goed genoeg voor de doelen die ik had. En met ver springen was ik dat wel. Natuurlijk ga je daar dan voor.” Op die manier is Noah alsnog bezig al zijn doelen te bereiken, zij het met een andere discipline.

“Vorig jaar zomer heb ik mijn eerste WK gesprongen, in Parijs. En in mei ga ik naar mijn tweede WK, in Kobe Japan. Het EK zou ik ook gehaald hebben, maar daarvan is er al 4 of 5 jaar geen editie geweest.” Zijn eerste wereldkampioenschap was een bijzondere ervaring. “Het was heel vet. Ik was erg blij dat mijn harde werken beloond werd, maar het voelde ook een beetje dubbel, omdat ik het eerder niet gehaald had met sprinten.” Ook qua prestatie eist de sporter meer van zichzelf. “Ik wilde mijn PR springen, maar dat lukte niet. Uiteindelijk werd ik zesde. Met mijn niveau van nu kan ik vierde worden, maar mijn concurrenten trainen natuurlijk ook om nog beter te worden dan afgelopen zomer.”

Grote stappen

Na de amputatie van zijn rechterbeen, sloeg Noah een weg in die hem leidde naar een topsportersstatus. Maar ook die bestemming bereikte hij niet zonder slag of stoot. “Tijdens de coronapandemie kon ik niet trainen, omdat ik toen nog niet die status had. Zonder die status was je niet welkom op topsportcentrum Papendal. Ik vond het wel jammer dat ik toen niet die steun kreeg.” Inmiddels krijgt de atleet alles dat hij nodig heeft, zoals zijn huidige trainingskamp op Tenerife. Een positie die hij zelf bereikt heeft. “Ik schakelde snel en heb mijzelf in enkele jaren omringd met een topsportmilieu. Een trainer, voedingsspecialist en fysio ingeschakeld om mij te blijven verbeteren.”

Dankzij die stappen ligt Noah inmiddels ook op koers voor zijn ultieme doelstelling: de Paralympische Spelen. “De sportieve maatstaf heb ik al gehaald. Tussen mij en de Spelen zitten vooral regels en protocollen.” Een belangrijk aspect is hoeveel plekken Nederland krijgt om in te vullen met atleten. “Dat weten ze in juli, daarna gaan ze invullen”, zegt hij. Desondanks verwacht hij een goede kans te maken. “Ik denk dat ik nu op plek vijf of zes sta. Maar de plekken zijn voor alle atletiekonderdelen. Als ik nog vooruitgang laat zien op mijn 100 meter sprint, dan maak ik nog meer kans.”

Want dat onderdeel heeft hij nog altijd niet opgegeven, ondanks zijn carrièreswitch. “In mijn klasse heb je twee types: met een amputatie boven, of dwars door het kniegewricht.” Noah behoort tot de eerste categorie. “Ik wil nog steeds de snelste sprinter met mijn amputatie worden. Bovendien, als ik meer snelheid heb in mijn sprint, kan ik daarmee ook verder springen dan nu.”

Leven voor de sport

Wat dat betreft heeft zijn amputatie een voordeel. Zijn kunstbeen is de ultieme springveer voor een verspringer. “Met twee ‘goede’ benen moet je de klap van je afzet opvangen. Dat gebeurt vooral met de kuitspieren. Hoe sneller dat je rent, hoe meer kracht je moet omzetten naar een sprong. Daar gaat veel energie verloren”, licht hij toe. “Door af te zetten op mijn prothese, krijg ik alle snelheid die ik erin stop maximaal terug. Daardoor kun je nog verder springen.”

Noah leeft voor zijn sport. Toch rijst de vraag hoe je explosieve kracht aan beide kanten traint, terwijl het grootste deel van één been mist. “Mijn prothese zit aan een zwarte koker, die om mijn resterende bovenbeen gaat. Ik heb ook nog zo’n koker zonder de rest van het been. Daarmee kan ik dan op een blok staan. Dan kan ik vanuit mijn heup squats doen, en cleans. Ook train ik mijn heup flexors met een kabel en bij pilates veel stabiliteit en mobiliteit in mijn heup.”

Tot slot gaat topsport niet alleen om trainen, benadrukt hij. “Het grootste verschil met eerder, is dat ik er nu echt voor leef. Iedereen kan hard trainen, als je sport leuk vindt dan train je ook echt hard. Maar het verschil met topsport is dat je goed slaapt, goed eet, echt goed voor jezelf zorgt. Eigenlijk ben je meer bezig met herstellen, zodat je daardoor nog harder kan trainen”, besluit Noah, voordat hij in de Spaanse zon verdwijnt om zijn harde training te hervatten.