Interessant: functie bilspieren kan worden bepaald door plaatselijke verdoving
Hun hoofdrol in één functie werd tot nu onderschat.
© Getty Images
Vaak is het te doen om de bevindingen van een onderzoek. Maar soms is het juist de methode die de aandacht trekt.
Vrijwel altijd lees je over de resultaten van een bepaalde studie. Dat is nu ook aan de orde. Dit onderzoek keek naar de functie van verschillende heupspieren, om hun rol in één functie te onderscheiden: abductie, het been naar buiten heffen. Als leuke bonus deden ze dit met een interessante methode. Om de bijdrage van één spier nauwkeurig te bepalen, verdoofden ze die spier volledig.
Bekende abductoren
Na de verdoving werd het krachtsverlies gemeten, waardoor precies kon worden ingeschat hoeveel die spier bijdroeg aan abductie. Dat deden de onderzoekers met gluteus medius en minimus, de gluteus maximus en de tensor fasciae latae (een spier aan de buitenkant van het dijbeen).
De verwachting is dat spieren aan de buitenkant van het lichaam, het meest bijdragen aan het been naar buiten heffen. De gluteus medius en minimus zijn sowieso al bekende abductoren. Dit onderzoek belichaamde dus vooral een race tussen de grote bilspier Maximus, en de tensor fasciae latae.
Grote spier, grote bijdrage
Toen de tensor werd verdoofd, verloor het proefbeen slechts 15% kracht. ‘Niet erg relevant als abductor’, noteerden de onderzoekers. Toen de grote bilspier echter werd verdoofd, namen zij een krachtverlies waar van 43 tot liefst 56%. ‘Deze spier is dus erg relevant als abductor’.
Buiten hun boeiende methode, verklaart dit onderzoek waarom je op de abductor machine redelijk wat gewicht kan verplaatsen, terwijl de gluteus minimus en medius zulke kleine spieren zijn. Het betekent ook dat de abductor machine goed geschikt is om je billen te trainen. Wil je nog wat extra nadruk op je grote bilspier? Dan lijkt het te werken om naar voren te leunen wanneer je op dit apparaat zit.